Wij waren monsters
Wij waren monsters. Mijn zus en ik. Kleine, verschrikkelijke monstertjes. Mijn vader heeft het zwaar gehad, want we zeurden dat we naar huis wilden, dat het niet leuk was, terwijl we bij onze vader waren. En zijn nieuwe vriendin was al helemaal niks.
Mijn vader en mijn toenmalige stiefmoeder hebben het een keer aangedurfd om met ons op vakantie te gaan: drie weken Frankrijk. Uiteindelijk zijn we eerder naar huis gegaan en was het de eerste en gelijk ook laatste vakantie samen. We hebben ze het niet makkelijk gemaakt. Hoe? Eigenlijk door kleine, gemene dingen. Treiteren, uitlachen, stomme opmerkingen maken, tegenwerken, zeuren, naar huis willen… Wat een leuke, mooie vakantie zou moeten worden, werd uiteindelijk drama op een Franse camping. Ik denk dat zij na deze vakantie toe waren aan een echte vakantie…
Jaren later, eigenlijk zelfs pas een paar weken geleden, werd mij duidelijk wat voor monstertjes wij waren. Mijn ex-stiefmoeder vertelde me hoe wij waren, hoe gemeen, hoe tegendraads. Mijn vader en mijn stiefmoeder zijn nu ook uit elkaar, en toch kan zij zeggen: jouw vader deed alles voor jullie en jullie zagen dat niet. Waarom deden jullie zo?
Nu ik er zelf over nadenk en terugkijk: ja, wij waren monsters. Hoe dat kwam? Heel simpel: een loyaliteitsconflict. Ik kon mijn stiefmoeder niet leuk vinden, omdat ik dacht dat ik anders mijn moeder zou afvallen. Ik kon het niet gezellig hebben bij papa, omdat ik dat dan aan mama moest vertellen. En mijn moeder vond mijn vader verschrikkelijk. Voor mijn gevoel mocht ik mijn vader niet leuk vinden, want ik woonde bij mijn moeder en het moest wel leefbaar en gezellig blijven thuis. Wat zou er gebeuren als ik het voor mijn vader op zou nemen? Wanneer ik zou zeggen dat het superleuk was bij papa? Dat ik hem miste en naar hem toe wilde? Was het dan nog steeds leefbaar en gezellig thuis? Of zouden er constante ruzies zijn?
Ik kan nu heel makkelijk uitleggen hoe ik me toen voelde, wat voor dilemma’s in mijn hoofd speelden, waar ik tussen moest kiezen. Maar op dat moment had ik dat niet door en was ik aan het overleven en aan het zorgen dat ik een thuis had waar de sfeer oké en veilig was. Om dit achteraf te beseffen, is confronterend. Ik heb dingen gedaan en gezegd waar ik niet trots op ben. En dat allemaal onder invloed van de scheiding. Je kan zeggen: je was gehersenspoeld. Dat was ook echt oprecht zo.
Ik schrijf dit opzettelijk in de verleden tijd. Want ik weet nu hoe het zit, ik kan met veel meer afstand naar de situatie kijken. Mijn vader was een goede vader en hij heeft veel geprobeerd. Ik kan zien waarom ik zo reageerde en ik weet wat ik toen voelde. Ik ben er nog steeds niet trots op, maar het geeft veel rust om te beseffen dat dit onder invloed was van wat er speelde. En dat het dus ook anders kan; een positieve invloed, waardoor een kind niet gehersenspoeld wordt maar zich thuis kan voelen bij beide ouders, het gezellig kan en mag hebben bij allebei. Dat gun ik ieder kind. En ouders kunnen dit ook. Zorg ervoor dat je gevoelsmatig en qua gedrag jouw kind toestemming geeft om naar de andere ouder te gaan en van de andere ouder te houden. Om het daar gezellig te hebben. En, om de andere ouder te missen.
Yvon (24)