In voor en tegenspoed?
“Hoe kan het dat zo veel huwelijken stranden?” Vraag ik aan de mooie man naast mij. Ik zie zijn wenkbrauwen fronsen, terwijl hij nadenkt over een antwoord. “Vroeger trouwden mensen, omdat het moest. Vrouwen konden niet bij hun man weg, want ze hadden daar geen geld voor. En het mocht niet van het geloof. Door de vrouwenemancipatie is het huwelijk anders geworden.”
<img class=”alignright size-medium wp-image-3335″ title=”tumblr_lz7m4dRTfF1r4hv2ko1_500_large” src=”http://www.villapinedo.nl//wp-content/uploads/tumblr_lz7m4dRTfF1r4hv2ko1_500_large-300×199.jpg” alt=”” width=”300″ height=”199″ />
Is er een perfect antwoord op mijn vraag? Ik zucht. “Maar mijn buurvrouw die leerde haar man op haar 14<sup>e</sup> kennen en ze zijn nog steeds bij elkaar.” Hij haalt zijn hand door mijn haar. “En hoe oud is zij, 40 jaar? Daarna komen vrouwen in hun overgang en mannen krijgen behoefte in iets jongs. Of andersom natuurlijk.” “Nee, ze is 44”, protesteer ik. “Maar er zijn heus wel stellen die wél bij elkaar blijven.”
Ik staar naar het plafond. Het leven is lastig. Alles gaat toch anders dan gepland. Mijn ouders dachten bij hun trouwdag dat ze voor altijd samen zouden zijn, maar dat liep anders. Er wordt 80.000 keer per jaar het JA-woord gegeven, daartegenover krijgen 70.000 kinderen per jaar te horen dat hun ouders gaan scheiden.
Een paar lichtbruine ogen kijkt mij aan. “Die romantische geest gaat nog wel over. Daar zorgt de tijd wel voor.” Ik geef hem een duw in zijn zij. “Geloof jij niet in de liefde dan? Er zijn ook stellen die na 30 jaar nog van elkaar houden. Verliefdheid zal misschien niet altijd blijven, maar ‘houden van’ wel.”
Ik denk terug aan mijn ouders. Ongeveer 20 jaar lang hadden ze hun ergernissen niet uitgesproken. Het begon bij het bed opmaken. Daarna met de wc bril omlaag doen. Het verkeerde merk bier dat gekocht werd. Allemaal dingen die eerst niets uitmaken. Maar het herhaalt zich en de irritatie wordt groter. Na 20 jaar jezelf wegcijferen, is het ‘houden van’ weg.
Hopelijk doe ik het beter en leer ik van hun fouten. Ik krijg een kus op mijn voorhoofd. “Wie weet is de wereld toch mooier dan iedereen denkt”, zegt hij tegen mij.